Actieve landbouwer

De beschrijving en de inhoud van de onderstaande definities worden louter ter informatie gepubliceerd en hebben geen rechtsgevolgen.

Alleen de wetteksten die in het Belgisch Staatsblad worden gepubliceerd, worden als de officiële en definitieve versie beschouwd.

ACTIEVE LANDBOUWER

Criteria om te bepalen welke landbouwers een minimumniveau van landbouwactiviteit hebben

Vier belangrijke en cumulatieve criteria, waarbij van de eerste drie niet kan worden afgeweken, worden gebruikt om het begrip actieve landbouwer te definiëren:

     a) De uitoefening van een landbouwactiviteit

     b) Inschrijving bij de Kruispuntbank voor Ondernemingen (KBO)

     c) Kwalificaties (opleiding en ervaring)

     d) De activiteit mag niet voorkomen op de negatieve lijst van niet-landbouwactiviteiten.

Criterium kwalificaties (opleiding en ervaring)

Landbouwkwalificaties worden verkregen door het behalen van een of meer van de volgende certificaten of diploma's:

  1° een master in een landbouwkundige richting;

  2° een bachelor in een landbouwkundige richting;

  3° een getuigschrift hoger secundair onderwijs behaald op het einde van de technische secundaire overgangsopleiding in een landbouwkundige richting;

  4° een getuigschrift hoger secundair onderwijs behaald op het einde van een opleiding hoger secundair onderwijs en een certificaat van beroepskwalificatie (CQ6) in een landbouwkundige richting;

  5° een diploma landbouwbedrijfsleider, behaald na een naschoolse landbouwopleiding georganiseerd in de Duitstalige Gemeenschap , of een diploma bedrijfsleider, behaald na een naschoolse opleiding als groenteteler of in de biologische landbouw of als wijnbouwer georganiseerd door het Institut wallon de formation en alternance et des 

indépendants et petites et moyennes entreprises (Waals instituut voor alternerende opleiding en voor zelfstandigen en kleine en middelgrote ondernemingen).

Diploma's en certificaten die door een lidstaat van de Europese Unie zijn erkend als gelijkwaardig aan de hierboven vermelde diploma's en certificaten, worden op dezelfde manier in aanmerking genomen als de laatstgenoemde.

- Als u niet beschikt over een van de in punt 1 vermelde kwalificaties, dient u in het bezit te zijn van een certificaat van naschoolse opleiding dat u behaalde na een opleiding op het gebied van landbouwbeheer en -economie of dient u ten minste drie jaar ervaring te hebben. De ervaring zal worden berekend op basis van de periode tussen de datum van registratie van de natuurlijke persoon als lid van een producent in het GBCS en de datum van indiening van de steunaanvraag. Als het op basis van de GBCS-gegevens echter niet mogelijk is om de minimumervaring van drie jaar aan te tonen, kan de landbouwer het Installatiecomité elk document bezorgen dat zijn ervaringsjaren bewijst. Specifiek voor landbouwers die steun aanvragen en die rechtstreekse betalingen hebben ontvangen voor het aanvraagjaar 2020, 2021 of 2022, geldt dat als de bewijsstukken niet de minimale ervaring van drie jaar aantonen, deze landbouwers een hoorzitting kunnen aanvragen bij het Installatiecomité. Het advies van het Installatiecomité is bindend voor het Betaalorgaan.

In het geval van rechtspersonen of groeperingen van natuurlijke personen wordt het kwalificatiecriterium (landbouwopleiding, certificaat van naschoolse opleiding dat u behaalde na een opleiding op het gebied van landbouwbeheer en -economie of 3 jaar ervaring) slechts bij één van de leden beoordeeld. De personen bij wie het opleidingscriterium kan worden beoordeeld zijn:

Voor groeperingen van natuurlijke personen (en soortgelijke rechtsvormen, zoals vennootschappen of verenigingen zonder rechtspersoonlijkheid):

     Oprichter van een entiteit geregistreerd als natuurlijke persoon;

     Oprichter van een entiteit zonder rechtspersoonlijkheid

     Medehouder-echtgenoot;

     Vennoot of lid.

Voor vennootschappen:

     Zaakvoerder;

     Gedelegeerde voor het dagelijks beheer;

     Afgevaardigd bestuurder;

     Alleen voor BVBA's, CVBA's en BV's: bestuurder

Negatieve lijst van niet-landbouwactiviteiten

1. Negatieve lijst

Een landbouwer wordt niet als 'actieve landbouwer' beschouwd indien hij actief is in een van de volgende diensten: luchthavens, spoorwegdiensten, watermaatschappijen, vastgoeddiensten, permanente sport- en recreatieterreinen, gevangenisactiviteiten, bedrijven die bemiddelen bij de aankoop, verkoop en verhuur van onroerend goed en zakelijke en andere beheeradviesbureaus.

De controle van de door de aanvrager verrichte activiteiten zal worden gebaseerd op de NACEBEL-codes (informatie opgenomen in de KBO (btw)), op de naam van de onderneming en op elke andere openbare databank waartoe de administratie toegang heeft.

Het toezicht op de activiteiten zal, zoals nu, gericht zijn op steunaanvragers en de met hen verbonden ondernemingen.

2. Afwijkingsmogelijkheden op basis van het niveau van de werkelijke inkomsten

- Ofwel bedraagt het jaarlijkse bedrag aan rechtstreekse betalingen minstens 5% van de totale opbrengsten uit deze niet-landbouwactiviteiten in de loop van het laatste belastingjaar waarvoor de landbouwer over bewijzen beschikt.

- Ofwel zijn de landbouwactiviteiten van de landbouwer niet verwaarloosbaar (het landbouwinkomen vertegenwoordigt minstens 1/3 van het totale inkomen).

Vrijstelling

Voor de programmering 2023-2027 zal elke landbouwer die in het voorgaande jaar een totaalbedrag aan rechtstreekse betalingen van niet meer dan 350 euro heeft ontvangen, niet worden onderworpen aan controles op basis van de criteria voor actieve landbouwers. Hij zal namelijk automatisch worden beschouwd als een 'actieve landbouwer'.

Uiterste datum voor landbouwers die steun aanvragen om als actieve landbouwers te gelden

De uiterste datum voor landbouwers die steun aanvragen om als actieve landbouwers te gelden, is 31 mei van het jaar van de aanvraag.

Deze termijn geldt niet voor de vestigings- en investeringssteun in de sectoren landbouw, aquacultuur en tuinbouw en evenmin voor coöperaties en andere ondernemingen die zich toeleggen op de primaire verwerking en de afzet in de sectoren agrovoeding en bosbouw. De landbouwer die steun aanvraagt, is actief voor elke steunaanvraag.

Bij wijze van uitzondering is elke ervaring die is gevalideerd door het Installatiecomité geldig voor het jaar waarin het zijn advies uitbrengt.

Voor alle inlichtingen

Voor algemene vragen kunt u dit contactformulier gebruiken en/of programme.feader.arne@spw.wallonie.be

Voor alle technische vragen of vragen over uw dossier kunt u contact opnemen met uw Buitendirectie: https://agriculture.wallonie.be/contacter-les-directions-exterieures